voorstellen

{{voorstellen}}{{/term}}

I 〈overgankelijk werkwoord〉

1 [introduceren] présenter

2 [opperen] proposer

3 [de rol spelen van; een beeld geven van] représenter

♦voorbeelden:

1   mag ik u even voorstellen? • permettez-moi de vous présenter

     hij stelde zich voor als de nieuwe inspecteur • il se présenta comme étant le nouvel inspecteur

3   het schilderij stelt een huis voor • le tableau représente une maison

     hij stelt in dat stuk Othello voor • dans cette pièce, il joue le rôle d'Othello

     wat moet dat voorstellen? • 〈letterlijk〉 qu'est-ce que cela représente?; 〈figuurlijk〉 qu'est-ce que cela signifie?

     iets in tekening voorstellen • représenter qc. par un dessin

II 〈wederkerend werkwoord; zich voorstellen〉

1 [zich een denkbeeld vormen van] se représenter

2 [van plan zijn] se proposer (de)

♦voorbeelden:

1   ik kan mij zijn gezicht niet meer voorstellen • je ne peux pas me rappeler son visage

     zich iets levendig kunnen voorstellen • pouvoir très bien s'imaginer qc.

     ik kan me goed voorstellen dat … • je comprends que …

     stel je daar maar niet te veel van voor • ne te fais pas trop d'illusions

     stel je voor! • penses-tu!

Deens-Russisch woordenboek. 2015.